Alida Ymele, Celles qui nettoient le monde... (Those who clean up the world)

Alida Ymele, Ménage á deux (Shadow Women-serie), 2020, acryl en posca op doek, foto Victor Wennekes

Deze reeks schilderijen laten een stukje leven van huishoudelijk personeel zien om universele bezorgdheid op te roepen over de rol van vrouwen in de maatschappij en reproductieve arbeid.

Het verhaal van de huisvrouwen zoals Ymele dat in haar schilderijen vertelt, is geïnspireerd op het dagelijks leven van velen van hen, zoals Anna, een Zwarte, in slavernij geboren vrouw van de plantage Vossenburg in Suriname die in 1727 naar Arnhem kwam om als verzorger te werken voor de families De Vree en Brantsen en bij de laatste inwoonde tot haar dood op 22 december 1780. Haar volledige naam, afkomst en verhaal blijven een mysterie, maar haar bestaan is een feit.

Ymele vult de gezichten en lichamen met tasontwerpen die de architectuur tonen van de huizen waarin deze vrouwen werken en de strepen van Ghana must go tassen die verankerd zijn in gedwongen migratie als gevolg van economische of politieke crisissen. Door de controverse tussen Nigerianen en Ghanezen is de tas het symbool geworden van ontheemding vanwege het gemak waarmee ze verpakt kunnen worden en door de capaciteit van hun inhoud. Voor de kunstenaar vertegenwoordigt het ingewikkelde weefwerk en de textuur de moeilijkheden van deze vrouwen voor wie individuele verhalen nooit verweven raken met universele tot een collectief geheugen. Eeuwenlang hebben zij geholpen in kastelen, huizen, kantoren – velen verlieten huizen waar zij een naam hadden voor een huis waar zij er geen hadden.

Twee van Ymele’s series: Grey Women en Shadow Women, zijn een eerbetoon aan deze onzichtbare heldinnen. Ze tonen vrouwenlichamen die huishoudelijke taken uitvoeren in hun werkomgeving en benadrukken de schoonheid van de was doen, schoonmaken, poetsen, afstoffen en vegen als essentiële aspecten van het leven die worden afgewezen vanwege hun lage monetaire waarde. De kleurrijke portretten creëren spanning tussen fragiliteit en felheid: de fysieke kracht van sommige vrouwen wordt geportretteerd naast hoe vermoeiend en depressief het werk kan zijn, vooral met slechte arbeidsomstandigheden.

In Ymele’s scènes slokt de architectuur soms de lichamen op, en laat zien hoe huishoudelijk werk het grootste deel van hun persoonlijke tijd in beslag neemt. In Kameroen werken vrouwen met een eigen gezin bijvoorbeeld tien uur per dag en kunnen ze nog niet eens de huur betalen. De status van Ymele’s eigen familie wordt als ondergeschikt beschouwd omdat haar moeder thuisblijft en haar vader boer is. Haar werk onderzoekt het al dan niet erbij horen in deze huiselijke sfeer en de vrouwen die we geneigd zijn te vergeten door de kracht en het belang van hun werk te minimaliseren en in de schaduw te houden. Maar zonder deze vrouwen die ‘de wereld schoonmaken’ zoals Françoise Vergés schrijft in Un féminisme décolonial (2019), onderbetaald en met gevaar voor eigen gezondheid, zouden de staat, het leger, culturele, artistieke en wetenschappelijke instellingen hun kantoren niet kunnen bezetten.

nl_NLDutch